vrijdag, maart 4

3 - 2 - 1 ribbetjes

Het maken van ribbetjes kan je bezwaarlijk een mooi culinair kunstje noemen. Bij de slager een gemarineerde rack of twee uitkiezen, even op de gril en klaar. Zomer in een handomdraai, al moet je er de vettige vingers wel bijnemen. Nu, die ribben van de slager komen uit een steamer of zijn - the horror -voorgekookt. Koop je ze rauw, dan kom je van een kale reis terug als je denkt het klusje te klaren in een kwartiertje.

Ter voorbereiding van onze deelname met Qlinaria aan het 'Wereldkampioenschap Barbecue', 23 mei in Gronau, stond er zopas een sessie ribbetjes op de agenda. Wie even een rondje surft komt al snel terecht bij de geroemde Amerikaanse 3-2-1 methode. Hierbij verwijst de 3 naar het aantal uren je de ribben op lage temperatuur indirect gaart, de 2 naar de tijd dat ze ingepakt in folie op je smoker of barbecue liggen, en de 1 naar de resttijd die je ribben op de grill spendeert. Een rekenmachine is niet nodig om tot het simpele besef te komen dat je hier dus maar liefst een mooie zes uur mee zoet bent. Na deze zes uur kan je het vlees zo goed als van het been zuigen, zo mals zijn ze. In Belgiƫ dienen we er wel rekening mee te houden dat onze slagers de varkens anders versnijden dan in de States, en we dus kleinere varkensribben overhouden. Een aangepaste 3-1-1 methode dringt zich dan ook op.

Met het team dus een kleine tryout gedaan, een opwarmertje zeg maar. De ribben ingewreven met mosterd, een mooie huisgemaakte rub aangebracht, en de ribben op de barbecue gelegd. Na een goeie 4 uur – we hadden honger dus hebben we het proces even opgedreven – zaten we aan tafel te kluiven dat het een lieve lust was. Om duimen en vingers bij af te likken, en dat is exact wat we deden!

Geen opmerkingen: